20-02-2000

Datum:
20/02/2000
Predikant:
ds. J. Lohuis
Thema:
De leer van de Heilige Doop
Tekst:
HC Zondag 26 en 27 vr 71-73

71. Vr. Waar heeft ons Christus toegezegd, dat Hij ons zo zekerlijk met Zijn bloed en Geest wassen wil,als wij met het Doopwater gewassen worden?Antw: In de inzetting des Doops, welke a:zo luidt: Gaat dan henen, onderwijst al de volken, hen dopende in den Naam des Vaders, en des Zoons, en des Heiligen Geestes: Matth.28:19. En: Die geloofd zal hebben en gedoopt zal zijn, zal zalig worden: maar die niet zal geloofd hebben, zal verdoemd worden: Mark.16:16. Deze belofte wordt ook herhaald, waar de Schrift den Doop het bad der wedergeboorte en de afwassing der zonden noemt: Titus.3:5, Hand.22:16.Zondag 2772. Vr. Is dan het uiterlijk waterbad de afwassing der zonden zelf?Antw: Neen het: want alleen het bloed van Jezus Christus en de Heilige Geest reinigt ons van alle zonden.73. Vr. Waarom noemt dan de Heilige Geest den Doop het bad der wedergeboorte en de afwassing der zonden?Antw: God spreekt alzo niet zonder grote oorzaak: namelijk, niet alleen om ons daarmede te leren, dat, gelijk de onzuiverheid des lichaams met water, alzo ook onze zonden door het bloed en den Geest van Jezus Christus weggenomen worden, maar veelmeer, omdat Hij ons door dit Goddelijk pand en waarteken wil verzekeren, dat wij zo waarachtiglijk van onze zonden geestelijk gewassen zijn, als wij uitwendig met het water gewassen worden.

Punten:

1. Het Schriftbewijs gegeven (v/a 71)
2. Een dwaling weerlegd, namelijk de overschatting van de doop (v/a 72)
3. Een tegenwerping opgelost, namelijk de onderschatting van de doop (v/a 73)

Zingen:

Psalm 103:4 en 9
Psalm 87:1, 2, 3 en 4
Psalm 118:8
Psalm 25:5

Schriftlezing:

1 Petrus 3
14 Maar indien gij ook lijdt om der gerechtigheid wil, zo zijt gij zalig: en vreest niet uit vreze van hen, en wordt niet ontroerd:
15 Maar heiligt God, den Heere, in uw harten: en zijt altijd bereid tot verantwoording aan een iegelijk, die u rekenschap afeist van de hoop, die in u is, met zachtmoedigheid en vreze.
16 En hebt een goed geweten, opdat in hetgeen zij kwalijk van u spreken, als van kwaaddoeners, zij beschaamd mogen worden, die uw goeden wandel in Christus lasteren.
17 Want het is beter, dat gij, weldoende, (indien het de wil van God wil) lijdt, dan kwaad doende.
18 Want Christus heeft ook eens voor de zonden geleden, Hij rechtvaardig voor de onrechtvaardigen, opdat Hij ons tot God zou brengen: Die wel is gedood in het vlees, maar levend gemaakt door den Geest:
19 In Denwelken Hij ook, henengegaan zijnde, den geesten, die in de gevangenis zijn, gepredikt heeft,
20 Die eertijds ongehoorzaam waren, wanneer de lankmoedigheid Gods eenmaal verwachtte, in de dagen van Noach, als de ark toebereid werd: waarin weinige (dat is acht) zielen behouden werden door het water.
21 Waarvan het tegenbeeld, de doop, ons nu ook behoudt, niet die een aflegging is der vuiligheid des lichaams, maar die een vraag is van een goed geweten tot God, door de opstanding van Jezus Christus:
22 Welke is aan de rechter hand Gods, opgevaren ten hemel, de engelen, en machten, en krachten Hem onderdanig gemaakt zijnde.
1 Petrus 4
1 Dewijl dan Christus voor ons in het vlees geleden heeft, zo wapent gij u ook met dezelfde gedachte, namelijk dat wie in het vlees geleden heeft, die heeft opgehouden van de zonde:
2 Om nu niet meer naar de begeerlijkheden der mensen, maar naar den wil van God, den tijd, die overig is in het vlees, te leven.
3 Want het is ons genoeg, dat wij den voorgaande tijd des levens der heidenen wil volbracht hebben, en gewandeld hebben in ontuchtigheden, begeerlijkheden, wijnzuiperijen, brasserijen, drinkerijen en gruwelijke afgoderijen:
4 Waarin zij zich vreemd houden, als gij niet medeloopt tot dezelfde uitgieting der overdadigheid, en u lasteren:
5 Dewelke zullen rekenschap geven Dengene, Die bereid staat om te oordelen de levenden en de doden.

Naar overzicht