26-02-2023

Datum:
26/02/2023
Predikant:
ds. J. Lohuis
Tekst:
HC Zondag 45C

Vr. 118: Wat heeft ons God bevolen van Hem te bidden?
Antw: Alle geestelijke en lichamelijke nooddrukt, welke de Heere Christus begrepen heeft in het gebed,dat Hij ons zelf geleerd heeft.

Vr. 119: Hoe luidt dat gebed?
Antw: Onze Vader, die in de hemelen zijt;
1. Uw naam worde geheiligd.
2. Uw koninkrijk kome.
3. Uw wil geschiede, gelijk in den hemel, alzo ook op de aarde.
4. Geef ons heden ons dagelijks brood.
5. En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzen schuldenaren.
6. En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze.
Want uw is het koninkrijk, en de kracht, en de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen.

Punten:

1. Het bevel tot het gebed
2. De inhoud van het gebed
3. De geest van het gebed

Zingen:

Psalm 127:1 en 2
Psalm 149:2 (na de geloofsbelijdenis)
Psalm 116:1, 2, 3 en 4
Psalm 99:7
Psalm 81:12

Schriftlezing:

Johannes 4:19-24
19 De vrouw zeide tot Hem: Heere, ik zie, dat Gij een profeet zijt.
20 Onze vaders hebben op deze berg aangebeden; en gijlieden zegt dat te Jeruzalem de plaats is, waar men moet aanbidden.
21 Jezus zeide tot haar: Vrouw, geloof Mij, de ure komt, wanneer gijlieden, noch op dezen berg, noch te Jeruzalem, den Vader zult aanbidden.
22 Gijlieden aanbidt, wat gij niet weet; wij aanbidden, wat wij weten; want de zaligheid is uit de Joden.
23 Maar de ure komt, en is nu, wanneer de ware aanbidders den Vader aanbidden zullen in geest en waarheid; want de Vader zoekt ook dezulken, die Hem alzo aanbidden.
24 God is een Geest, en die Hem aanbidden, moeten Hem aanbidden in geest en waarheid.

1 Johannes 5:14-21
14 En dit is de vrijmoedigheid, die wij tot Hem hebben, dat zo wij iets bidden naar Zijn wil, Hij ons verhoort.
15 En indien wij weten, dat Hij ons verhoort, wat wij ook bidden, zo weten wij, dat wij de beden verkrijgen, die wij van Hem gebeden hebben.
16 Indien iemand zijn broeder ziet zondigen een zonde niet tot den dood, die zal God bidden en Hij zal hem het leven geven, dengenen, zeg ik, die zondigen niet tot den dood. Er is een zonde tot den dood; voor dezelve zonde zeg ik niet, dat hij zal bidden.
17 Alle ongerechtigheid is zonde; en er is zonde niet tot den dood.
18 Wij weten, dat een iegelijk, die uit God geboren is, niet zondigt; maar die uit God geboren is, bewaart zichzelven, en de boze vat hem niet.
19 Wij weten, dat wij uit God zijn, en dat de gehele wereld ligt in het boze.
20 Doch wij weten, dat de Zoon van God gekomen is, en heeft ons het verstand gegeven, dat wij den Waarachtige kennen; en wij zijn in den Waarachtige, namelijk in Zijn Zoon Jezus Christus. Deze is de waarachtige God, en het eeuwige Leven.
21 Kinderkens, bewaart uzelven van de afgoden. Amen.

Naar overzicht