09-02-2020
Wij moeten sterven, eer wij verheerlijkt worden
En tot deze verheerlijking kunnen wij niet komen dan door veel lijden. Hiervan zegt Jezus Sirach een schoon woord: Mijn kind (zegt hij), indien gij komt om den Heere te dienen, zo bereid uw ziel tot aanvechting. In welken gij u verheugen zult, nu een weinig tijds bedroefd zijnde door menigerlei verzoekingen. Maar de God aller genade, Die ons geroepen heeft tot Zijn eeuwige heerlijkheid in Christus Jezus, nadat wij een weinig tijds zullen geleden hebben, Die zal u volmaken, bevestigen, versterken en funderen. Wederom zegt Paulus: Zo wij met Christus lijden, zo zullen wij ook met Hem verheerlijkt worden. Want het lijden dezes tegenwoordigen tijds is niet te waarderen tegen de heerlijkheid, die aan ons zal geopenbaard worden. Want onze lichte verdrukking, die zeer haast voorbijgaat, werkt ons een gans zeer uitnemend eeuwig gewicht der heerlijkheid. En David zegt: Des avonds vernacht het geween, maar des morgens is er gejuich. Daarom, verblijdt u als gij gemeenschap hebt aan het lijden van Christus; opdat gij ook in de openbaring Zijner heerlijkheid u moogt verblijden en verheugen.
1. De garantie in het lijden.
2. De juiste waarderling van het lijden
3. De morgen na het lijden
Psalm 34:4 en 9
Psalm 122:1 (na de geloofsbelijdenis)
Psalm 42:4 en 5
Psalm 30:4
Psalm 91:8
1 Petrus 1:3-9
3 Geloofd zij de God en Vader van onzen Heere Jezus Christus, Die naar Zijn grote barmhartigheid ons heeft wedergeboren, tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden.
4 Tot een onverderfelijke, en onbevlekkelijke, en onverwelkelijke erfenis, die in de hemelen bewaard is voor u,
5 Die in de kracht Gods bewaard wordt door het geloof tot de zaligheid, die bereid is, om geopenbaard te worden in den laatsten tijd.
6 In welke gij u verheugt, nu een weinig tijds (zo het nodig is) bedroefd zijnde door menigerlei verzoekingen;
7 Opdat de beproeving uws geloofs, die veel kostelijker is dan van het goud, hetwelk vergaat en door het vuur beproefd wordt, bevonden worde te zijn tot lof, en eer, en heerlijkheid, in de openbaring van Jezus Christus;
8 Denwelken gij niet gezien hebt, en nochtans liefhebt, in Denwelken gij nu, hoewel Hem niet ziende, maar gelovende, u verheugt met een onuitsprekelijke en heerlijke vreugde;
9 Verkrijgende het einde uws geloofs, namelijk de zaligheid der zielen.
1 Petrus 4:12-19
12 Geliefden, houdt u niet vreemd over de hitte der verdrukking onder u, die u geschiedt tot verzoeking, alsof u iets vreemds overkwame;
13 Maar gelijk gij gemeenschap hebt aan het lijden van Christus, alzo verblijdt u; opdat gij ook in de openbaring Zijner heerlijkheid u moogt verblijden en verheugen.
14 Indien gij gesmaad wordt om den Naam van Christus, zo zijt gij zalig; want de Geest der heerlijkheid, en de Geest van God rust op u. Wat hen aangaat, Hij wordt wel gelasterd, maar wat u aangaat, Hij wordt verheerlijkt.
15 Doch dat niemand van u lijde als een doodslager, of dief, of kwaaddoener, of als een, die zich met eens anders doen bemoeit;
16 Maar indien iemand lijdt als een Christen, die schame zich niet, maar verheerlijke God in dezen dele.
17 Want het is de tijd, dat het oordeel beginne van het huis Gods; en indien het eerst van ons begint, welk zal het einde zijn dergenen, die het Evangelie van God ongehoorzaam zijn?
18 En indien de rechtvaardige nauwelijks zalig wordt, waar zal de goddeloze en zondaar verschijnen?
19 Zo dan ook die lijden naar den wil van God, dat zij hun zielen Hem, als den getrouwen Schepper, bevelen met weldoen.