10-02-2019
Hoedanig de Vader is, zodanig is ook de Zoon, zodanig is ook de Heilige Geest. De Vader is ongeschapen, de Zoon is ongeschapen, de Heilige Geest is ongeschapen; onmetelijk is de Vader, onmetelijk is de Zoon, onmetelijk is de Heilige Geest; de Vader is eeuwig, de Zoon is eeuwig, de Heilige Geest is eeuwig; nochtans zijn het niet drie Eeuwigen, maar één Eeuwige; gelijk ook niet drie Ongeschapenen, noch drie Onmetelijken, maar één Ongeschapene, en één Onmetelijke.
1. God is (art. 7)
2. God is ongeschapen (art. 8)
3. God is ongeschapen (art. 9)
4. God is eeuwig (art. 10)
5. God is één (art. 11 en 12)
Psalm 147:3 en 6
Psalm 68:10 (na de geloofsbelijdenis)
Psalm 139:4, 5 en 6
Psalm 89:4
Psalm 14:1
Exodus 34:5-9
5 De HEERE nu kwam nederwaarts in een wolk, en stelde Zich aldaar bij hem; en Hij riep uit den Naam des HEEREN.
6 Als nu de HEERE voor zijn aangezicht voorbijging, zo riep Hij: HEERE, HEERE, God, barmhartig en genadig, lankmoedig en groot van weldadigheid en waarheid.
7 Die de weldadigheid bewaart aan vele duizenden, Die de ongerechtigheid, en overtreding, en zonde vergeeft; Die denschuldige geenszins onschuldig houdt, bezoekende de ongerechtigheid der vaderen aan de kinderen, en aan de kindskinderen, in het derde en vierde lid.
8 Mozes nu haastte zich en neigde het hoofd ter aarde, en hij boog zich.
9 En hij zeide: Heere! indien ik nu genade gevonden heb in Uw ogen, zo ga nu de Heere in het midden van ons, want dit is een hardnekkig volk; doch vergeef onze ongerechtigheid en onze zonde, en neem ons aan tot een erfdeel!
Hebreën 9:11-14
11 Maar Christus, de Hogepriester der toekomende goederen, gekomen zijnde, is door den meerderen en volmaakten tabernakel, niet met handen gemaakt, dat is, niet van dit maaksel,
12 Noch door het bloed der bokken en kalveren, maar door Zijn eigen bloed, eenmaal ingegaan in het heiligdom, een eeuwige verlossing teweeggebracht hebbende.
13 Want indien het bloed der stieren en bokken, en de as der jonge koe, besprengende de onreinen, hen heiligt tot de reinigheid des vleses;
14 Hoeveel te meer zal het bloed van Christus, Die door den eeuwigen Geest Zichzelven Gode onstraffelijk opgeofferd heeft, uw geweten reinigen van dode werken, om den levenden God te dienen?